Jos van Hulst: ‘Cultuursector heeft behoefte aan visie en daadkracht’

ALMERE – De cultuursector in Almere en Flevoland heeft behoefte aan daadkracht en visie. Dat stelt Jos van Hulst, zakelijk directeur van de Almeerse theatergroep Suburbia en voorzitter van het Directeuren Overleg Culturele instellingen Almere (DOCA).

Volgens Van Hulst gaat het op cultureel vlak best goed in onze stad en provincie. “De eerste oogst is binnen van alles wat er de afgelopen jaren is gezaaid. Ik zou het dan ook jammer vinden als er nu pas op de plaats wordt gemaakt. Ik zie echter nog weinig daadkracht en visie voor de langere termijn bij de gemeente Almere met betrekking tot cultuur. Ik merk juist dat het wordt afgeschaald, of stilgelegd en doorgeschoven naar een volgende periode. Datzelfde zie ik terug in het nieuwe coalitieakkoord van de provincie, waarin mijns inziens vooral staat wat er allemaal niét gebeurt.” Van Hulst vindt dat jammer. “Onze stad groeit door, maar dat wat een stad aantrekkelijk maakt – cultuur – wordt stilgelegd. Dit jaar verdwijnen zeker drie culturele broedplaatsen in Almere. De actiegroep ‘Ally 4 Art’ roept daarom met een petitie de gemeente op om concrete acties te ondernemen voor behoud van cultuur in de stad.”

Op de kaart gezet

Michiel Rijsberman, die onlangs afscheid nam als gedeputeerde van de provincie, en oud-cultuurwethouder Hilde van Garderen hebben Almere en Flevoland volgens Van Hulst cultureel op de kaart gezet. “Ik hoop van harte dat hun opvolgers gaan doorpakken. Juist nu wordt er vanuit Den Haag ruimte geboden aan lokale overheden. Er liggen veel kansen en zelfs miljoenen voor het oprapen, maar dan moet je jezelf wel laten zien en horen.”
Dat is volgens Van Hulst ook belangrijk voor de culturele instellingen die afhankelijk zijn van meerjarige subsidie van het Rijk. Zij moeten eerdaags namelijk hun plannen weer indienen. “Ik merk zelf als zakelijk directeur van Suburbia dat je daarbij ook behoefte hebt aan visie. Je geeft bovendien een belangrijk signaal af wanneer je wordt geruggesteund door jouw gemeente en provincie.”

Vanzelfsprekender

De aandacht voor kunst en cultuur is in andere steden volgens Van Hulst veel vanzelfsprekender. “Almere is zo veel groter dan Den Bosch, Nijmegen, Arnhem en Haarlem. Toch zijn dat steden waar je het heel logisch vindt dat er een museum is. In Almere is de komst van een museum een discussiepunt, ik begrijp dat niet”, aldus Van Hulst. “Als een voetbalclub promoveert naar de eredivisie zijn we allemaal blij en natuurlijk doet dat ook iets voor de stad. Dan zeg je niet: ‘Liever niet want het stadion is te klein’. Maar in de cultuursector ligt dat op de een of andere manier anders, terwijl wij net als alle andere sectoren moeten kunnen meegroeien met de stad. Daarom trek ik aan de bel, voor Flevoland en Almere.”